De Ontdekking van Pasen |
07. Heer, wat doet u met mij |
Ik verwachtte geen verlossing meer voor mezelf. Hield me niet voor de gek, mijn dromen kwamen niet uit. Was gewend aan pijn, liep krom en had geen kracht. Geboeid was ik door satans macht. Toen opeens kwam Jezus zelf op mijn pad. Hij keek mij rechtaan met een zachte lieve lach. Ik schaamde me heel diep, tranen gingen lopen Maar ik mocht weer hopen, dus ik vroeg: Heer wat doet u met mii, heel mijn leven kent U Heer Wat doet u met mij, k’Leg mijn zonden voor U neer. Waar mag ik straks dan heen. Is de hemel er ook voor mij? Mag ik daar straks dan heen. Ik ben een kind van God, nu weet ik het zeker. Jezus zei zelf: “vergeven zijn je zonden nu. Zondig nu niet meer, anders wordt het jouw dood. Ik zag je nood, dus kom bij mij” Heer wat doet u met mii, heel mijn leven kent U Heer Wat doet u met mij, k’Leg mijn zonden voor U neer. Waar mag ik straks dan heen. Is de hemel er ook voor mij? Mag ik daar straks dan heen. Heer wat doet u met mii, heel mijn leven kent U Heer Wat doet u met mij, k’Leg mijn zonden voor U neer. Waar mag ik straks dan heen. Is de hemel er ook voor mij? Mag ik daar straks dan heen. Is de hemel er ook voor mij? Ja, daar mag ik heen. Omdat U van mij houdt, zoveel van mij houdt |
Tekst: Sjoerd Bakker |
Muziek en arrangementen: Menno Hakvoort |
Solo: Albertina de Boer |